Etappe 4, Arrens Marsous->Loudervielle 111km3200hm
Door: webmaster
17 Maart 2012 | Nederland, Meijel
We volgen in eerste instantie een aangename, secundaire route, zuidelijk van Argelès-Gazost. Vanaf Pierrefitte tot Luz-St. Sauveur rijden we daarna over de doorgaande weg, die fraai door de plaatselijke kloof omhoog loopt. Hierbij bestaat er voor de fanatiekelingen de mogelijkheid een kort maar fraai extra lusje te rijden (via de gehuchten Chèze en Saligos).
Luz St. Sauveur is de startplaats voor de beklimming van de westflank van de Col du Tourmalet (2115). Afgezien van de laatste steile 500 meter kent deze klim een opvallend gelijkmatig stijgingspercentage. Destijds kon je hier ook een stempel halen als bewijs voor de zojuist verrichte heldendaad. Mogelijk is dat nog steeds zo.
Het meer bochtige gedeelte van de afdaling eindigt in La Mongie. Direct na dit skioord rijden we onder een lawineviaduct door en de rest van de afdaling kent nog slechts een drietal bochten. Het serieuze deel van de “afzink” eindigt ter hoogte van het gehucht Gripp. Er resten nu nog ruim 4 kilometer licht omlaag naar Ste Marie-de-Campan, dat eigenlijk niet meer is dan een klein dorp rond een driesprong. Op deze driesprong, waar we rechtsaf slaan richting de Col d’Aspin, is een café annex kruidenier met er recht tegenover een drinkwaterbron. Hoeveel pedaleurs zullen hier niet hun bidons hebben gevuld voorafgaande aan de beklimming van de oostflank van de Tourmalet?
De beklimming van de Aspin (1489) vanaf deze kant is minder zwaar dan de klim vanaf Arreau. Het gaat aanvankelijk vrij onregelmatig omhoog. Vanaf het Plateau van Payolle, waar we even op adem kunnen komen, krijgen we dan nog de laatste vijf kilometer voor de wielen. Ten aanzien van het eerste weggedeelte kan gekozen worden voor een wat langer en sportiever traject en wel in de vorm van de schitterende passage over de 1221 meter hoge Sarrat de Bon, voor ingewijden één van de parels in het ruime assortiment van bekende en minder bekende Pyreneeëncols.
Wanneer we eenmaal de Aspin zijn afgedaald tot Arreau wacht de slotklim naar het Val Louron. Vanuit het redelijk sfeervolle centrum van Arreau volg je daartoe de doorgaande weg richting Luchon. Door echter naar links de brug over te steken rijden we een extra lus via de 1110 meter hoge Col de Ris. De afdaling van de Col de Ris komt uit in Bordères-Louron, waar vandaan we de reguliere weg omhoog rijden, richting het Val Louron. Ongeveer ter hoogte van de plek waar het serieuze gedeelte begint van de klim naar de top van de Peyresourde vinden we ons volgende overnachtingsadres.
Achtereenvolgens de passage via Chèze, de Tourmalet, de Sarrat de Bon, de Col d’Aspin, de Col de Ris en de slotklim naar het Val Louron maken deze dagrit tot een zeer gevarieerde en wat betreft sportief kaliber niet te onderschatten Pyreneeënetappe. Voor de “super-fêlés” bestaat er evenwel aan het eind van de rit nog de mogelijkheid vanuit het Val Louron de Col d’Azet (1580, aller & retour) te beklimmen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley